Almaar vaker sterven Belgen aan de gevolgen van dementie. Tussen 2004 en 2019 is het aantal overlijdens dat wordt toegeschreven aan de ziekte van Alzheimer en andere vormen van dementie met ruim 70 procent toegenomen, zo blijkt volgens De Tijd uit sterftecijfers van Sciensano.
Bijna een op de tien overlijdens in ons land wordt toegeschreven aan dementie. In 2004 was dat nog zo'n 5 procent. Terwijl begin jaren 2000 nog minder dan 50 mensen per 100.000 inwoners aan een vorm van dementie stierven, is dat cijfer in 2019 opgelopen tot 84,5. In Vlaanderen is de impact van dementie op de sterftecijfers groter dan in Wallonië of het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
De belangrijkste verklaring voor de forse stijging ligt volgens experts bij de vergrijzing van de bevolking. Voor vrouwen is dementie met voorsprong de belangrijkste doodsoorzaak en is de stijging veel meer uitgesproken dan bij mannen. Medicatie die de gevolgen van dementie countert, is er niet.
Terwijl dementie almaar vaker de doodsoorzaak is, daalt de impact van hart- en vaatziekten op de sterftecijfers jaar na jaar. Het aandeel van de historisch belangrijkste doodsoorzaak in België ging van 15 procent naar 9 procent. Ook het aantal sterfgevallen na een hersenbloeding of beroerte zakt flink. Het aantal sterfgevallen ten gevolge van kanker blijft stabiel.
Vooral vrouwen maken deel uit van deze trend. Bij mannen staan hartziekte en longkanker nog steeds ruim op de eerste plaats, met respectievelijk 10 procent en 9 procent van de overlijdens. Slechts 6 procent van de mannen overlijdt aan dementie, terwijl die bij vrouwen al in 2013 de grootste doodsoorzaak werd. In 2019 was dat bijna 12 procent. Sciensano stipt aan dat longkankersterfte, specifiek bij vrouwen, nog steeds in een stijgende trend zit.
Voor het eerste maakte Sciensano ook een opsplitsing per provincie. Daarbij valt op dat Antwerpenaren het meest en Luxemburgers het minst overlijden aan dementie.