Driehoek in afbouw van slaapmiddelen

Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Frank Vandenbroucke (Vooruit) gaf in de commissie Volksgezondheid van de Kamer uitleg bij het plan om het gebruik van slaapmiddelen af te bouwen dat sinds 1 februari van kracht is.

In België worden jaarlijks zo’n 400 miljoen dosissen slaapmiddelen door patiënten aangekocht in een apotheek. Onderzoek van Sciensano toonde aan dat het gebruik van slaap- en kalmeermiddelen in 2020 21% hoger lag dan in 2018. Daar is de coronapandemie ongetwijfeld voor een groot deel verantwoordelijk voor. Cijfers van het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) tonen dan weer aan dat 84% van de mensen die slaap- of kalmeermiddelen gebruikt dat minstens voor een periode van zes maanden doet. 

Minister met een plan

Minister Vandenbroucke wil met een op 1 februari gelanceerd plan het gebruik van deze middelen afbouwen. In het nieuwe plan worden apothekers zeer nauw betrokken bij de afbouw van het geneesmiddelengebruik. Vandenbroucke spreekt van een driehoek die het probleem moet aanpakken, bestaande uit de patiënt, de voorschrijvende arts – meestal de huisarts – en de (huis)apotheker. “Elk van deze drie pijlers kan een aanzet geven om het afbouwprogramma te starten. Dat zal de nodige sensibilisering vragen”, aldus de minister. 

“De patiënt kan zeggen dat hij zich niet goed voelt bij het gebruik van de middelen. De apotheker kan bij de verkoop van een slaapmiddel de goede raad geven om na te denken over het al dan niet opportuun zijn van het gebruik ervan. De arts kan natuurlijk ook zelf vaststellen dat het misschien beter is om van koers te veranderen. Ze kunnen dus alle drie de aanzet geven, maar het is wel de huisarts die het type afbouwprogramma kiest op basis van zijn medisch onderzoek. Dat moet je aan de huisarts overlaten.”

Voorlopig gaat het om een proefproject dat loopt gedurende een jaar. Frank Vandenbroucke kon op de vraag van zijn partijgenote Gitta Vanpeborgh echter niet antwoorden hoeveel apothekers effectief in het proefproject stappen en om hoeveel patiënten het dan zou gaan. Apothekers zijn niet verplicht om momenteel in het project te participeren. 

Neemt de huisapotheker van een patiënt niet deel, dan kan die laatste steeds naar een andere apotheker stappen met de vraag hem verder te helpen. De minister looft alvast de constructieve manier waarop de APB meewerkt aan het project dat volledig binnen zijn filosofie past. “We hebben hier te maken met een brede opportuniteit en een brede noodzaak. De brede noodzaak is beter geneesmiddelengebruik. De brede opportuniteit is de rol van de apotheker.” 

Voor Vandenbroucke is het duidelijk dat de apotheker een grotere rol moet spelen in de gezondheidszorg.

U wil op dit artikel reageren ?

Toegang tot alle functionaliteiten is gereserveerd voor professionele zorgverleners.

Indien u een professionele zorgverlener bent, dient u zich aan te melden of u gratis te registreren om volledige toegang te krijgen tot deze inhoud.
Bent u journalist of wenst u ons te informeren, schrijf ons dan op redactie@rmnet.be.

Laatste reacties

  • Marc DE MEULEMEESTER

    04 maart 2023

    Ze horen dat niet graag als ge zegt dat ze verslaafd zijn , we gaan verleggen naar nen dealer die niet zaagt aan onze kop !